Jezus zegt tegen ons dat we andere mensen net zo moeten behandelen als wij door hen behandeld willen worden (Mattheüs 7:12), maar leven we daar ook naar?
Is dat ergens in onze gedachten aanwezig als wij met anderen omgaan, met hen optrekken?
Als we gezellig samen zijn is dat misschien nog niet zo’n probleem, maar wat als een ander iets vervelends zegt of doet; hoe gaan wij daar mee om?
Hoe reageren wij daarop?Als we maar met één of twee boodschapjes in de rij bij de kassa staan, dan zouden we het fijn vinden als iemand ons voor laat, maar … doen we dat zelf ook?
We vinden het fijn als mensen vriendelijk tegen ons zijn, ons gedag zeggen, maar … zijn wij dat ook, is dat ook wat wij doen?
Het is fijn als iemand de deur voor je openhoudt en niet voor je neus dicht laat vallen, maar … letten we daar zelf ook op?
Als we ziek zijn, zouden we het fijn vinden als er iemand op bezoek komt, of dat we een kaartje krijgen, maar … gaan wij ook op bezoek, denken wij er ook aan om een kaartje te sturen?
Als wijzelf iets verkeerds hebben gedaan en we vragen om vergeving, dan willen we ook graag vergeven worden, maar … vergeven we zelf ook?
Zomaar wat vragen, zomaar wat gedachten.
Het gaat nog veel verder en soms ook veel dieper.
Vaak echter zijn we meer bezig met hoe wij behandeld worden dan hoe wij met anderen omgaan.
We zien eerder wat mensen verkeerd doen naar ons dan wij naar hen.
‘Ja, maar hij zei dit; zij deed dat …’
En wij?
Nee, makkelijk is het niet; het valt niet mee om je van dit gebod van de Here Jezus steeds bewust te zijn, vooral niet als je slecht heb geslapen, of hoofdpijn heb of de kinderen zijn de hele dag al vervelend, of …
Het vereist een verandering van ons denken, van ons innerlijk en Jezus wil ons daarbij helpen door de kracht van Zijn Geest in ons.
Hij was en is ons voorbeeld, daarom is het ook zo belangrijk om heel dicht bij en met Hem te leven.
Goed voorbeeld doet goed volgen.
'Jezus zei tegen hem: U zult de Heere, uw God, liefhebben met heel uw hart, met heel uw ziel en met heel uw verstand.
Dit is het eerste en het grote gebod.
En het tweede, hieraan gelijk, is: U zult uw naaste liefhebben als uzelf.
Aan deze twee geboden hangt heel de Wet, en de Profeten.'
Mattheüs 22:37-40
Heer,
vergeef mij,
dat ik Uw gebod
om de ander
lief te hebben
als mijzelf,
zo makkelijk vergeet
en vaak slechts
alleen
zie en denk,
wat een ander
mij aan deed.
Leer mij,
o Heer,
zo met anderen
om te gaan,
zoals ik dat zo graag
naar mijzelf toe
zou zien.
En doe mij
daarin beseffen
dat ik U,
op die wijze,
het allerbeste
dien.
Gods rijke zegen
en een liefdevolle groet,
Rita
Geen opmerkingen:
Een reactie posten